18 Augustus 2013
Vanmorgen bracht mijn moeder me een glaasje uitgeperste sinaasappelsap op bed. Ik voelde me gewoon weer een kind. Heerlijk. Een mens heeft toch allerlei verschillende rollen te vervullen.
We starten waar we gisteren zijn geëindigd bij de wierde van Wirdum. We lopen naar Garrelsweer en van daaruit de Hoeksmeersterweg op. Het weer veranderd, niet ten positieve.
Recht tegen de koude wind in lopen we tot aan het gemaal Katerhals & poldermolen. Daar in de luwte van de molen even een broodje.
In de verte zien we regenbuien aankomen. Mijn poncho komt goed van pas. Voor mij de 1e keer lopen in zulk noodweer. De broek en schoenen zijn binnen 5 minuten doorweekt. Maar eigenlijk voelt het wel lekker om zo deel van de natuur te zijn.
Er stopt een vrouw in een klein autootje. Ze wil ons wel een stukje meenemen? Wij willen graag lopen zeggen we. Ze kijkt ons verbaasd aan.
We lopen door en komen bij een “RUST” punt langs. Mijn moeder stelt voor om hier een bakkie te doen, maar ik ben dan nog optimistisch over Wittewierum of Woltersum.
Wittewierum is een klein wierdedorp met een rijke geschiedenis. Ooit stond hier het klooster Bloemhof. De monniken droegen witte pijen, vandaar de dorpsnaam.
De huidige kerk is gebouwd in 1863 op een deel van de fundamenten van de kloosterkerk.
We komen nog een “RUST” punt tegen. Maar Ten Boer is al in zicht. In een dorp is immers veel gezelliger?
Uiteindelijk nergens een bakkie te krijgen. Ook in Ten Boer niet. Dus vandaag een wijze les geleerd. Als je de mogelijkheid hebt om een bakkie te doen? Doen!
De kerk in Ten Boer is prachtig. Het is een 13-eeuwse kloosterkerk. Het heeft waarschijnlijk deel uitgemaakt van een benedictijnenklooster.
Via Thesinge komen we aan in Garmerwolde. Ik blijf nog een nachtje logeren bij mijn moeder.