6 April 2014.
Mijn moeder is om 9 uur bij me. Ik verdeel nog even wat taken onder de kinderen en dan brengt mijn man ons naar Halfweg. Rond De Wijk zie ik al weer ooievaars op het land en in de lucht. Bij Café Het vergulde Ros staat al vlot de eigenaar buiten. We mochten hier niet parkeren. Hij kreeg vandaag nog veel bezoekers! Gelukkig zette mijn man ons af en ging daarna weer op huis aan.
Vanuit Halfweg vervolgen wij onze route van Februari via de nieuwe route van het Jacobspad door de boswachterij van Staphorst. In het bos eten we bij een picknicktafel een broodje en daarna begon het te regenen. Bij RUST-punt De boswachter dachten we een bakkie te kunnen doen, maar helaas niet open. Vanuit dit pand werkten jaren de boswachters. Er scharrelden in alle vrijheid kippies rond met een haan.
Hierna begon een saaie wandeling, niet echt opgefleurd door de regen en er was geen spreekwoordelijke hond te bekennen. Ook een bankje liet errug lang op zich wachten. Op een verhoogd “iets” in de berm aan de spoorbaan weer wat gegeten. Af en toe komt er een trein voorbij en in de verte zien we Hotel De Koperen Hoogte (van Hennie van der Most) liggen. Een voormalig watertoren. Mam en ik hebben er eens koffie gedaan op de terugweg vanuit een weekendje klooster. Na alle soberheid van dat weekend, kregen we toen een cultuurshock. We konden niet eens met contant geld betalen, maar moesten toen eerst een soort van kaart regelen.
In het lange dorp Rouveen vallen ons de blauw geschilderde melkbusrekken op. Die hadden we ook al rondom Staphorst gezien. We zien op 1 perceel meerdere boerderijen achter elkaar.
Vroeger was het traditie dat de kinderen een boerderij achter de ouders bouwden. Zo ontstonden die meerdere boerderijen. Door ruimtegebrek wordt dit tegenwoordig niet meer gedaan. Via de Korte Kerkweg komen we op de Stadsweg terecht. Deze laatste is lang. Op een rooster (bij gebrek aan bank) even bijgekomen. Ik ga na mandarijnen en zoute stengels te hebben gegeten even lekker liggen. Het grappige is dat ik vorige week dat rooster ook weer herkende en dat lange stuk langs de poldersloot. We steken een drukke weg over en we gaan dan aan de overkant van het Zwarte Water richting Hasselt. Tegenover de kalkovens komen we een kleine begraafplaats tegen. Het hek is los. Op de begraafplaat zag ik een vogeldrinkbak als gedenksteen. Ik vond dat heel bijzonder. De foto’s hiervan gemaakt zijn niet goed gelukt. Vorige week dacht ik een nieuwe kans te krijgen, maar de poort zat op slot.
Bij café de Zon koffie gedronken en we snacken bij de snackbar. Daarna gingen we naar ons slaapadres via Vrienden op de fiets.
Om 19 uur wilde ik graag naar de kerkdienst in de grote of Sint-Stephanuskerk. Daar bewonderden we na de dienst een prachtig orgel en een mooie muurschildering van Sint Christophorus, de beschermheilige van de reizigers. Veel dames met hoedjes in de dienst.
Terug op ons slaapadres, lekker douchen en toen gaf ik mijn moeder en mezelf een kadootje. Een kleine verzilverde Jacobsschelp voor aan de rugzak. Het 1e Jacobspad Uithuizen – Hasselt helemaal uitgelopen. Een lengte van 208,5 km samen gedaan! Ik ben trots. Nadat we elkaar in bed op de foto hebben gezet en heel toepasselijk….”de Pelgrimskachel” viel ik al snel in slaap.
Mam was op een gegeven moment in haar slaap wat onrustig over de kerkklok. Ze dacht dat het een klok was van onze gastvrouw. “Waarom zet ze die niet uit!” 🙂 Je geest doet toch rare dingen als je slaapt. Het leek een beetje op wat er gebeurde in Dwingeloo. Ze droomde dat ze wat hoorde hinniken en ze dacht dat het appjes waren op mijn nieuwe smartphone. Het bleek een paard te zijn. We moesten lachen, maar midden in de nacht natuurlijk nog klaarwakker. En dan knort het maagje ook nog. Dus lekker aan de cashewnoten.